Witte zapote
| Witte zapote | |||||||||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Taxonomische indeling | |||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||
| Soort | |||||||||||||||||||
| Casimiroa edulis |
De witte zapote (Casimiroa edulis) of casimiroa is een groenblijvende, tot 18 m hoge boom met een asgrijze schors uit de wijnruitfamilie (Rutaceae). De alternerend geplaatste, handvormig geveerde bladeren bestaan uit drie tot zeven leerachtige, donkergroene, gaafrandige, ovale deelblaadjes. De 1 cm grote, groengele bloemetjes groeien in pluimen aan de scheuttoppen of in de bladoksels.
De vrucht is rond en tot 12 cm groot. De 1 mm dikke schil is rijp groengeel en glad en glanzend. Het vruchtvlees is geelwit en zoet of zoetzuur van smaak. De schil kan beter niet worden geconsumeerd, want die smaakt bitter. In elk van de drie tot vijf hardwandige vruchtkamers ligt één boonvormig circa 3 cm groot zaad. De zaden bevatten gifstoffen.
De witte zapote is inheems in de bergen van Midden-Amerika. Hij wordt verbouwd in het grootste gedeelte van Midden- en Zuid-Amerika en tevens in Californië, Florida, de Cariben, Hawaii, Australië, Nieuw-Zeeland, Zuid Afrika, India en hier en daar ook in Zuidoost Azië. Ook wordt hij op kleine schaal in Frankrijk, Italië en Spanje verbouwd. Er zijn ook nog verwante soorten, die op kleinere schaal worden verbouwd: Casimiroa sapota en Casimiroa tetrameria.
