Willem Jacobus Eijk
Willem Jacobus Eijk (Duivendrecht, 22 juni 1953) is de Nederlandse bisschop van het bisdom Groningen.
In 1978 voltooide hij zijn studie geneeskunde. Vanaf 1979 combineerde hij de priesteropleiding aan het grootseminarie Rolduc met een studie in de medische ethiek. In 1985 werd hij priester gewijd voor het Bisdom Roermond. Daarna ging hij als kapelaan aan het werk in de parochie van de heilige Antonius van Padua in Venlo Blerick, en promoveerde hij tegelijkertijd onder begeleiding van professor Luyendijk en dr. Heleen Dupuis op een proefschrift over euthanasie. In 1990 behaalde hij bovendien aan de pauselijke universiteit Sint Thomas van Aquino, het zogenaamde “Angelicum,” een licentiaat en doctoraat in de filosofie. Dit tweede proefschrift behandelde genetische manipulatie. Op dat moment werd hij tevens benoemd tot hoogleraar in de filosofie en de medische ethiek aan het MEDO, het Pauselijk Instituut voor Huwelijk en Gezin in Kerkrade. Ook behaalde hij nog een licentiaat en doctoraat in de theologie aan de Lateraanse universiteit te Rome. Tegelijkertijd ging hij moraaltheologie doceren aan het seminarie Rolduc van het bisdom Roermond en het seminarie sint janscentrum van het bisdom 's-Hertogenbosch. Nadat in 1996 het MEDO uit financiële overwegingen werd gesloten, verhuisde Eijk naar Lugano in Zwitserland, waar hij docent moraaltheologie werd aan de theologische faculteit van de plaatselijke universiteit.
Toen Mgr. Eijk op 6 november 1999 aantrad als opvolger van Mgr. Möller, werd hij bijna onmiddellijk door de landelijke pers aangevallen op zijn standpunten ten aanzien van de seksuele moraal, die extreem conservatief en onbuigzaam zouden zijn. Aanleiding waren een aantal collegedictaten die Eijk aan priesterstudenten had gegeven in de tijd dat hij moraaltheologie doceerde aan onder andere de seminaries van ’s-Hertogenbosch en Roermond, en die nu iemand naar een als rabiaat links bekend staande priester had gestuurd. Vooral de opmerkingen over homoseksualiteit die erin stonden, deden veel stof opwaaien en het landelijke COC stond op zijn achterste benen. Nadat de rel enige weken had gewoed, bleek dat de collegedictaten niets anders bevatten dan de gewone katholieke leer, en dat de verontwaardiging vooral voortkwam uit het verkeerd begrijpen van de nogal specialistische taal in voornoemde dictaten.
Enige tijd hierna werd de bisschop ook nog getroffen door een hersenbloeding, en moest hij zijn bisdom lange tijd aan zijn beide vicarissen overlaten.
Na deze moeilijke start werd het episcopaat van Mgr. Eijk tot nu toe vooral getekend door opbouw in alle geledingen van de kerk. Als meest sprekende voorbeeld mag de Groningse kathedraal genoemd worden, die veranderde van een kerk die vooral op slot zat naar een zeer levendige en open kerkgemeenschap. En op deze manier ontstonden overal in het bisdom Groningen dergelijke bloeiende punten, elders in Nederland wel aangeduid met de titel “plaatsen van hoop”. Ook het aantal priesterstudenten wijdelingen is de afgelopen jaren wat gestegen.
Voorganger: Johann Bernard Wilhelm Maria Möller |
Bisschop van Groningen 1999-heden |
Opvolger: n.v.t. |