Zevenstippelig lieveheersbeestje
Zevenstippelig lieveheersbeestje | |||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | |||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||||||
Coccinella septempunctata Linnaeus, 1758 |
|||||||||||||||||||
Het zevenstippelig lieveheersbeestje (Coccinella septempunctata) is een kever uit de familie lieveheersbeestjes of Coccinellidae. Het is de meest bekende soort van alle lieveheersbeestjes.
Inhoud |
[bewerk] Beschrijving
Zoals alle lieveheersbeestjes is het schild rond en glanzend, de onderzijde is zwart en de pootjes en tasters zijn erg kort. De lengte van deze soort is 6 tot 9 millimeter, en er is weinig variatie in kleur; de dekschilden zijn rood en soms oranje gekleurd, en op iedere helft zitten drie vlekken. De zevende vlek is druppelvormig en zit vooraan in het midden en is verdeeld over beide schilden. Hiernaast zitten twee kleine witte tot gele vlekken, en vooraan bij de kop aan weerszijden van het halsschild twee grotere vlekken in dezelfde kleur.
[bewerk] Algemeen
De 'zevenstip' is niet kieskeurig en komt overal voor waar bladluizen te eten zijn, zowel bossen als lagere kruidachtige planten. Deze soort houdt namelijk meer dan andere soorten vooral van bladluizen die op groenten en fruit leven. Bovendien worden niet alleen bladluizen, maar ook keverlarven en trips gegeten, beide zijn ook schadelijk voor planten waardoor dit lieveheersbeestje erg populair is in de gewasbescherming. In Nederland en België is deze soort zeer algemeen, en soms massaal te vinden. Ook in grote delen van Europa komt de soort voor, en ook in Noord-Amerika, waar de kever vooral in de Verenigde Staten meerdere keren is uitgezet en zich nu heeft verspreid. Andere, in de VS inheemse soorten worden zelfs verdrongen doordat deze soort veel effectiever jaagt op bladluizen. Opmerkelijk is echter dat het zevenstippelig lieveheersbeestje vrijwel blind is, en op goed geluk naar bladluizen zoekt. Belangrijke vijanden van deze soort zijn mieren, die de kevers verjagen omdat een mier graag de zoete afscheidingen van bladluizen opzuigt. De sluipwesp Dinocampus coccinellae is een nog grotere vijand, deze wesp legt een eitje in de levende kever, waarna de larve zich in de kever ontwikkelt. Er zijn nog wel meer soorten lieveheersbeestjes die aan de wesp ten prooi vallen, maar niet bij alle andere soorten ontwikkelt de larve zich tot wesp.
[bewerk] Voortplanting en levenswijze
De eitjes worden in groepjes gelegd tussen bladluizenkolonies, zijn oranjegeel van kleur, ongeveer twee millimeter lang en langwerpig van vorm. De larve is ook langwerpig en enigszins driehoekig en heeft borstelige uitsteeksels, en een grijze kleur met oranjerode vlekken. De larve leeft afhankelijk van het voedselaanbod ongeveer een maand, waarin hij ongeveer 8 tot 12 millimeter lang wordt, daarna vindt verpopping plaats. De pop is druppel-achtig en gerimpeld, en heeft een oranje kleur met rijen zwarte stippen. Het zevenstippelig lieveheersbeestje houdt een winterslaap, waarbij de kevers elkaar opzoeken en ze massaal te vinden zijn onder stukken hout of onder boomschors.
[bewerk] Externe links
- SoortenBank.nl beschrijving en afbeeldingen
- stippen.nl:Zevenstippelig lieveheersbeestje
- stippen.nl: Dinocampus Dinocampus coccinellae in foto's