Zen (religie)
Concepten |
Geschiedenis |
Stromingen |
Geschriften |
Personen |
Tempels |
Devotie |
Per land |
Termen |
Van A tot Z |
|
---|
Zen is een Japanse vorm van het boeddhisme. De zen is een vorm van het boeddhisme die nadruk legt op za-zen: meditatie als middel tot verlichting. Bij deze meditatievorm zijn onder andere beheersing, wijsheid en een goed gevoel voor humor van belang. In bijna ieder boek of artikel over zen wordt al in een vroeg stadium vermeld, dat het eigenlijk onmogelijk is zen te beschrijven of uit een boek te leren.
Inhoud |
[bewerk] Doel van zen
Door het centraal stellen van meditatie heeft men soms de indruk dat er een doel bereikt moet worden, bijvoorbeeld verlichting of eenheidsbewustzijn. De verlichting kan volgens de zen echter geen doel op zichzelf zijn. Verlichting is niet iets dat iemand kan afdwingen. Het overkomt je, of niet. In die 'toestand' zijn alle tegenstellingen opgelost. Zelfverwerkelijking heeft plaatsgevonden. Er is spiritueel inzicht of gewaarzijn van het leven zelf, maar geen tijd, noch zin of doel. Men kan niet het doel hebben doelloos te zijn. Daarom spreekt iedere zenmeester in paradoxen over het doel en zegt altijd met nadruk dat je niets moet willen. De meditatie schept wel voorwaarden. Indien de gehechtheid aan een doel bestaat zal het doel niet bereikt worden. De essentie is eigenlijk 'ongehecht zijn', en daarvoor is de meditatie in principe niet nodig. Maar hoe vaag het doel ook is, de techniek is een zeer precies gegeven.
[bewerk] Zazen
Kenmerkend voor zen is het za-zen, wat 'zitten in meditatie' betekent. "Za" betekent gewoon zitten en verder niets, dus za-zen is het zitten in een 'toestand' van zen. Meestal doet men dat op een kussentje of een bankje in lotushouding. Dat is met de onderbenen gekruist. Vaak wordt dat gemeenschappelijk gedaan in een ruimte dojo genaamd. Men noemt dat zitten ook wel meditatie. Dan duidt men op een bepaalde bewustzijnstoestand die dan kan optreden. De meditatie is meestal strikt aan regels gebonden, men zit langs de rand van de dojo met het gezicht naar buiten gekeerd om elkaar niet af te leiden. De rug is gestrekt het hoofd iets naar voren gedraaid, zodat de kin wordt ingetrokken. De handen liggen met de vingers op elkaar in de schoot, waarbij de duimen elkaar raken met de top. Daaraan kan men vaststellen hoe de geestelijke toestand is, bij het neigen naar een slaaptoestand zakken de duimen naar beneden en raken los van elkaar, en wanneer iemand sterk zit te denken en te tobben, gaan de duimen stijf tegen elkaar aan en komen wat omhoog. Het is de bedoeling een toestand te krijgen tussen slapen en waken in. Wanneer men merkt dan men bijna in slaap valt, knikt men even met het hoofd en legt het hoofd schuin opzij, waarna een helper een forse klap met een stok geeft op de spieren van de nek naar de schouder aan beide zijden. Het effect is een wakkere toestand; men knikt dankbaar en gaat weer door met niks doen.
In het midden van de dojo staat vaak een soort altaartje, met daarop een boeddha-beeldje en wierook. Men loopt altijd in een voorgeschreven richting er omheen.
Meestal begint men za-zen met het reciteren van sutra's, monotoon uitgesproken Japanse woorden, of de leider spreekt een mantra uit, waarbij hij zijn hoofd doet resoneren, een heel gek geluid. Het za-zen wordt beëindigd met enkele gongslagen. Het is een strikt ritueel wat wel past in de Japanse cultuur en ook anderen aantrekt die behoefte hebben aan regels.
De hele techniek is eigenlijk gericht op het uitschakelen van de zintuigen en het denken. Dat laatste is echter erg moeilijk voor de meeste mensen die het denken nog niet zo kunnen beheersen als hun lichaam. Men kan door het loslaten van gedachten of het concentreren op de ademhaling of op een mantra een soort denkbeheersing aankweken die kan leiden tot het eenpuntig denken aan het Atman of een "niets". Het vreemde is wel dat men in een groep gemakkelijker in die tijdloze toestand van "niets" komt dan wannner men in zijn eentje za-zen doet.
[bewerk] Meditatie buiten de dojo
Er bestaat ook een soort meditatief lopen, kinhin. Een leider-monnik loopt voorop en slaat op een gong en achter hem, als pijltjes achter een eendenmoeder, lopen de andere monniken of 'zenners'. Zelfspot is van groot belang, want ijdelheid of de illusie dat je iets bereikt hebt, ligt altijd op de loer. Een goeie grap en relativeren is dan ook wel nodig bij dit keurslijf van regels.
Om zenbeoefenaars tot inzicht te laten komen, worden buiten de dojo door zenmeesters ook probleem-vragen, zgn. koans, opgegeven, die niet rationeel opgelost kunnen worden. Door eindeloze concentratie op (en uiteindelijk eenworden met) zo'n vraag, kan je dan een soort rationele kortsluiting krijgen en een aha-erlebnis krijgen op 'existentieel' niveau, een niveau dat voorafgaat aan het dualistische denken.
[bewerk] Zenstromingen
Ook binnen het Zenboeddhisme bestaan er verschillende stromingen, te weten:
- Dogen
- Eisai
- Igyo
- Obaku
- Rinzai
- Soto
- Ummon