Wilde reseda
| Wilde reseda | ||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
 |
||||||||||||
| Taxonomische indeling | ||||||||||||
|
||||||||||||
| Soort | ||||||||||||
| Reseda lutea |
De wilde reseda (Reseda lutea) is een vrij korte, 20 tot 60 cm hoge plant uit het geslacht Reseda die in België en Nederland vrij algemeen voorkomt op open grond als bermen, duinen en graslanden, maar vooral langs spoorlijnen. De naam Reseda wordt uitgesproken met de klemtoon op de tweede e, dus Reséda.
Alle bladen zijn diep ingesneden. De plant is vertakt. De bloemen groeien in dichte kegelvormige trossen. De 6 kelkbladen zijn 2. mm lang. De 6 geelgroene kroonbladen zijn gedeeld; de doorsnede van de bloem bedraagt 6 mm. De bloeitijd loopt van mei tot september.
De plant kan op open, meestal kalkrijke gronden gevonden worden. De plant is afkomstig uit Zuid-Europa, waar hij algemeen voorkomt. In West- en Noord-Europa heet de plant verwilderd, deze verwildering is zodanig dat hij in bijvoorbeeld alle Duitse deelstaten voorkomt.
[bewerk] Ecologische aspecten
Solitaire bijen die deze plant bezoeken zijn de kleine wolbij en de resedamaskerbij.
 |
 |
 |
