Pete Seeger
Pete Seeger werd op 3 mei 1919 geboren in Patterson (NY, USA). Zijn vader, Charles Seeger, was muziekleraar aan de University of California in Berkeley, tot hij in 1918 vanwege zijn pacifisme gedwongen werd zijn baan op te zeggen. Pete wilde journalist worden, maar toen hij in 1936 gegrepen werd door de banjo, veranderde hij zijn plannen. In 1938 kreeg hij een baan bij de Archives of American Folk Music in New York. Daar deed hij onderzoek naar het werk van o.a. de legendarische Leadbelly en Aunt Molly Jackson.
Op 3 maart 1940 ontmoette hij Woody Guthrie op een avond georganiseerd ter ondersteuning van de arme boerenknechten in Californie, naar aanleiding van het boek 'Grapes of Wrath' van John Steinbeck, dat net was uitgekomen en inmiddels was verfilmd. Volgens Alan Lomax, die aanwezig was die avond, ontstond op die datum de moderne folk-muziek. Samen met Guthrie richtte hij de Almanac Singers op, een steeds wisselde groep muzikanten die in hun werk linkse en pacifistische ideeën uitdroegen. Toen Amerika, na de Japanse aanval op Pearl Harbor zich ook met de Tweede Wereldoorlog ging bemoeien, werden de Almanac Singers in heel Amerika populair. Maar inmiddels hadden ze wel hun pacifistische liederen laten vallen. Zo populair, dat ze door de regering als gevaarlijk werden beschouwd en de FBI hen steeds meer in de gaten ging houden.
In 1947 vormde Pete Seeger samen met Lee Hayes, Fred Hellerman en Ronnie Gilbert 'The Weavers'. Samen met Lee Hayes had Pete Seeger daarvoor al het grote succesnummer If I had a hammer geschreven. Met de Weavers volgden andere 'hits' als Goodnight Irene (van Leadbelly), Tzena Tzena en Kisses sweeter than wine.
Het succes van de Weavers was groot, maar tijdens de Koude Oorlog werden ze op allerlei manieren gedwarsboomd en geboycot. Pete Seeger besloot meer tijd vrij te maken voor zijn familie, begon een solocarrière en trad nog maar zelden op met de Weavers. In 1955 werd Seeger aangeklaagd voor zijn 'on-Amerikaanse' activiteiten. Hij werd veroordeeld tot een jaar gevangenisstraf, maar door een technische fout al na vier dagen vrijgelaten.
Inmiddels was er eind jaren vijftig, begin jaren zestig een heropleving van de folkmusic op gang gekomen. Pete Seeger was daarin een centrale figuur met hits als Where have all the flowers gone. In de rellen voor de gelijkberechtiging van de zwarte bevolking nam Seeger duidelijk stelling en zijn We shall overcome werd daarvan het symbool bij uitstek. Ook in de protestacties tegen de Vietnam-oorlog liet Seeger van zich horen. Seeger bleef strijdbaar, en was eind jaren zestig één van de eersten die aandacht begonnen te vragen voor het milieu. Al in 1969 begon hij het Clearwater-project, bedoeld om de rivier de Hudson weer schoon te krijgen. In 2005 was hij, 86 jaar oud, nog steeds actief bij dat project betrokken.
[bewerk] Bijzondere vermeldingen
Een van de gedichten van de Cubaanse dichter en vrijheidsstrijder José Martí, uit de bundel "Versos Sencillos", is later op muziek gezet als "Guantanamera", een van Cuba's bekendste en meest patriottistische liedjes. Guantanamera is ook, aangevuld met een verhaal over het leven van Martí, door Pete Seeger gezongen en op de plaat gezet.
Op 25 april 2006 brengt Bruce Springsteen een tribute aan Seeger uit, getiteld 'We Shall overcome: The Seeger Sessions'.
