Mediawet
De Nederlandse Mediawet werd in 1988 van kracht en bepaalde dat de publieke omroepen zich aan de volgende punten moeten houden:
- een omroep dient een bepaalde culturele, maatschappelijke of geestelijke stroming te vertegenwoordigen en niet gericht te zijn op het maken van winst.
- omroepen moeten verschillende soorten programma`s uit te zenden:
- 25% informatieve programma`s
- 25% culturele programma`s
- 5% educatieve programma`s
- 25% amusement
- 20% vrij in te vullen
- een omroep moet minstens 150.000 leden hebben, naar mate een omroep meer leden heeft krijgt deze meer zendtijd.
De omroepverenigingen worden onderscheiden in:
- Aspirant-omroep heeft minimaal 50.000 leden, en probeert de C-status te bereiken
- C-status omroep met 100.000-150.000 leden
- B-status omroep met 150.000-300.000 leden
- A-status omroep met meer dan 300.000 leden