Klein hoefblad
| Klein hoefblad | ||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
 |
||||||||||||
| Taxonomische indeling | ||||||||||||
|
||||||||||||
| Soort | ||||||||||||
| Tussilago farfara |
Het klein hoefblad (Tussilago farfara) is een p.m. 30 cm hoge vaste plant, behorend tot de familie van de composieten.
De bloeitijd ligt vroeg, in maart/april, bij gunstig weer reeds in februari. De plant behoort tot de naaktbloeiers, de bladeren verschijnen pas na de bloei. Tijdens de bloei zijn de bladeren beperkt tot korte, groene of rode schubjes langs de stengel. Na de bloei ontwikkelen deze zich tot hartvormig of ronde en getande bladeren. Deze, aan de onderkant viltig behaarde bladeren staan in een rosetvormige krans rond de steel.
De plant is een pioniersplant die zich vooral op nieuwe gronden goed thuis voelt, vaak kan men hem tussen grassen in betrekkelijk nieuwe wegbermen of hellingen aantreffen. Op deze hellingen helpt de tot 1,5 meter lange wortelstok en de uitlopers hieraan om de grond vast te houden.
[bewerk] Verspreiding
Elke stengel draagt 1 bloem met een doorsnee van 2-3 cm. Het centrum van de bloem bevat 30-40 mannelijke buisbloemen. Aan de rand zijn daar omheen ongeveer 300 vrouwelijke smalle, draadvormige lintbloempjes. Bestuiving vindt plaats door bijen en vliegen, die de plant graag bezoeken.
Gemiddeld brengt een plant meer dan 130 zaden voort, een hoog percentage hiervan ontkiemt. In het voorjaar kiemen de zaden reeds na twee dagen. De favoriete grond van het klein hoefblad bestaat uit leemachtige, pas geploegde of bewerkte grond.
[bewerk] Toepassing
De Latijnse naam Tussilago is afgeleid van tussis=hoesten en agere=verdrijven. De plant is dan ook gebruikt als hoestverdrijvend middel en tegen neuralgische aandoeningen.
De plan wordt als artsenijplant geteeld vanwege zijn slijm-, looi- en bitterstoffen, tannine, dextrine en bacteriedodende stoffen. De bladeren worden gebruikt als omslagen bij gewrichts- en reumatische aandoeningen.
[bewerk] Ecologische aspecten
Het Klein hoefblad wordt bezocht door de grasbij, halictus quadricinus, koolzwarte zandbij, pluimvoetbij en tronkenbij.
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
Meer afbeeldingen die bij dit onderwerp horen kunt u vinden op de pagina Tussilago farfara op Wikimedia Commons. |
