Jacob de Jong
Jacob de Jong (1879 - Giessen-Nieuwkerk, 3 augustus 1923) was stationschef en slachtoffer van een geweldsmisdrijf op 3 augustus 1923 op het station Giessen-Nieuwkerk.
Hij werd vermoedelijk met een voorhamer doodgeslagen. Het leek op een roofmoord: er was kasgeld verdwenen en de portefeuille van Jacob de Jong en zijn zakmes waren weg. Merkwaardig was dat de deur van het stationhokje was afgesloten en de sleutel in de broekzak van de stationschef zat.
Het moordwapen - een hamer op een houten steel - werd gevonden. Er zaten bloed- en haarresten van Jacob de Jong op de hamer. Via getuigenverklaringen komt men bij de 38-jarige zwerver B.W. van Boxmeer die in het bezit was van het gestolen bedrag en het zakmes.
Rechercheur R.R. de Jong liet het zakmes zien aan weduwe De Jong en aan de kinderen van de stationschef. Zij herkenden het zakmes. Hun herkenning is gebaseerd op de stompe punt van het zakmes. Als De Jong de zwerver vraagt waar hij het zakmes heeft gevonden, zegt Van Boxmeer dat hij het gekocht heeft van een andere zwerver, ene Mijnster.
Op 20 februari 1924 werd de zwerver op vrije voeten gesteld. Later gaf Mijnster aan rechercheur De Jong de tip dat hij zijn zinnen moest zetten op ene Chris Klunder. Volgens Mijnster is dat een levensgevaarlijke kerel die er niet voor schuwt om een roofmoord te plegen. Hij zou ook verantwoordelijk zijn voor de roofmoord op de weduwnaar J. Moerman in Vinkeveen in 1919 en de roofmoord op echtpaar Van Wiggen op 23 december 1923 in Culemborg. Ook was Klunder betrokken bij een roofoverval in Apeldoorn waarbij een bedrag van 3545,29 gulden werd buitgemaakt. Hij zou deze roofmoorden in samenwerking met zijn maat, ene Jan Theunissen, hebben gepleegd.
Als rechercheur De Jong de verdachten Chris Klunder en Jan Theunissen onderzoekt, blijken ze beiden kostgangers te zijn van een echtpaar. Wat volgde is een jarenlange gang van manipulatie en intimidaties die rechercheur De Jong pleegde tegenover het echtpaar om als kroongetuigen tegen hun kostgangers te dienen.
In 1929 werden Chris Klunder en Jan Theunissen gearresteerd en vervolgd voor drie roofmoorden en een roofoverval. Bij elkaar kregen beiden levenslang. Pas in 1934 werd duidelijk dat alles was gebaseerd op leugens en bedrog. Vijf jaar lang hebben twee mannen onschuldig in de gevangenis gezeten.
De moord in Giessen-Nieuwkerk is nooit opgelost.
