Gottes Zeit ist die allerbeste Zeit
Gottes Zeit ist die allerbeste Zeit (BWV 106) is een cantate geschreven door Johann Sebastian Bach. Deze cantate, één van de bekendste van Bach, staat ook wel bekend als de begrafeniscantate of "Actus Tragicus". De cantate werd voor het eerst uitgevoerd op 14 augustus 1707 in Arnstadt of Mühlhausen ter gelegenheid van een begrafenis, vermoedelijk die van zijn oom langs moederskant, een Lämmerhirt.
Wie de tekstschrijver is, is onbekend. Mogelijk is dit de dominee van de Marienkirche in Mühlhausen Georg Christian Eilmar (1665-1715), die goed bevriend was met Bach, maar zeker is dit niet. De teksten in deze cantate zijn afkomstig uit verschillende delen van de Bijbel, oude koralen en een liedboek uit Leipzig uit de 17e eeuw met teksten van Martin Luther en Adam Reusner. In de tekst is een tweedeling te horen: het eerste deel behandelt het sterven vanuit het perspectief van het Oude Testament en het tweede deel behandelt het sterven vanuit het perspectief van het Nieuwe Testament.
Gottes Zeit ist die allerbeste Zeit is één van de eerste cantates geschreven door Bach. In die tijd componeerde Bach nog weinig, omdat hij in de eerste plaats organist was. De cantate is qua stijl en compositie een breuk met Bachs voorgangers en tijdgenoten.
De cantate is geschreven voor een sobere bezetting: een klein orkest (2 blokfluiten, 2 gamba's en een basso continuo) en de vier solostemmen. De sopraan zingt de teksten van de ziel, de alt de teksten van de indivuele mens (in het bijzonder David), de tenor de teksten van de mensheid en de gewijde schrijver, in het bijzonder Mozes en zingt de bas de teksten van God en Jezus. Voor deze cantate is geen koor nodig: de koorzetting aan het einde van de cantate wordt door de vier solostemmen gezongen.
Hoewel Bach nauwelijks 22 was toen hij deze cantate schreef, wordt het werk door kenners tot Bachs grootste gerekend. De Duitse Bach-kenner Alfred Dürr bijvoorbeeld schreef in zijn boek Die Kantaten von Johann Sebastian Bach mit ihren Texten over deze cantate als "ein Geniewerk, wie es auch großen Meistern nur selten gelingt". In de cantate wordt het sterven muzikaal verwoord als een vredig binnengaan in het paradijs.
[bewerk] Inhoud van de cantate
1 Sonatina
2.1 Gottes Zeit ist die allerbeste Zeit (coro)
2.2 Ach Herr, lehre uns bedenken (arioso, tenor)
2.3 Bestelle dein Haus: denn du wirst sterben (arioso, basso)
3.1 In deine Hände befehl ich meinen Geist (aria, alto)
3.2 Heute wirst du mit mir im Paradies sein (arioso, choral)
4 Glorie, Lob, Ehr und Herrlichkeit (coro)
[bewerk] Externe link
Opbouw en volledige tekst van de cantateDeze tekst is afkomstig van Wikipedia. Alle inhoud afkomstig van Wikipedia valt onder de GNU Free Documentation License en mag onder de licentievoorwaarden vrij worden verspreid.
