Dissociatieve stoornis
Een dissociatieve stoornis is een psychische aandoening waarbij dissociatie het belangrijkste kenmerk is. Dissociatie is een verschijnsel dat vrijwel iedereen wel kent (bijvoorbeeld dagdromen of verstrooidheid), maar als de verschijselen zo erg worden dat een mens niet meer normaal kan functioneren, is er sprake van een stoornis. Dissociatie kan ook deel uitmaken van andere psychische ziektebeelden (bijvoorbeeld PTSS of borderline).
De term dissociatie werd voor het eerst gebruikt door de Franse psychiater Pierre Janet (1859-1947) in zijn boek L'Automatisme psychologique. Hij beschreef dissociatie als een in eerste instantie effectief verdedigingsmechanisme tegen een psychisch trauma. Aanhoudende dissociatieverschijnselen beschouwde hij als psychopathologisch.
In het Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders worden vier specifieke dissociatieve stoornissen en de restcategorie NAO onderscheiden:
- Dissociatieve amnesie
- Dissociatieve fugue
- Dissociatieve identiteitsstoornis
- Depersonalisatiestoornis
- Dissociatieve stoornis nao (niet anderszins omschreven, de restcategorie)